Beschrijving
“Evenals Christus, de lijdende verpersoonlijking van de slaver- nij van de Oude Wereld, bestij gen de mannen, de vrouwen, de kinderen van het proletariaat sinds een eeuw moeizaam de harde lijdensweg der smarten; sinds een eeuw breekt de ge dwongen arbeid hun gebeente, geselt hun vlees, foltert hun ze nuwen; sinds een eeuw martelt de honger hun ingewanden en begoochelt hun hersenen. O Lui- heid, moeder der kunsten en edele deugden, wees de balsem voor de menselijke kwellingen.” Aldus eindigde de in 1911 ge storven Paul Lafargue, schoon- zoon van Karl Marx- en door Marx eens spottend ‘de laatste Bakoenist’ genoemd-zijn ver- toog tegen het recht op arbeid, om daar het recht op luiheid tegenover te plaatsen. Lafargue was ongetwijfeld een van de meest spectaculaire en tegendraadse figuren uit de so- cialistische beweging in de vorige eeuw. Het recht op lui- heid is in de kern ook geen marxistisch geschrift. Lafargue stelt in zekere zin het proletari aat zélf verantwoordelijk voor de eigen ellende en slavernij. Het
heeft immers de arbeid lief die het vernedert! Fel gaat Lafargue tegen een bepaald soort, ook door het socialisme gestimu leerd ‘arbeidsethos’ tekeer. Het proletariaat zou zich de resul taten van alle arbeid moeten toe eigenen en op den duur met steeds minder arbeid moeten kunnen en willen leven, en ge nieten van de luiheid of lege uren, die ons gelegenheid schen ken het wáre leven (van de vrije tijd) te leiden. Een merkwaardig modern en visionair pamflet is Het recht op luiheid zeker. Ver taler en inleider Anton Con standse heeft er nog twee andere strijdschriften van deze grote polemist en sarcast aan toege voegd: De Godsdienst van het Kapitaal en Pius 1x in de Hemel – vlijmscherpe satires op de ver wevenheid van religie en kapi talisme.
Hij was een meester van de polemische satire, steeds vol hu mor, steeds vol ironie en scherp zinnigheid. – Karl Kautsky